We onderscheiden twee niveaus van hulpverlening aan slachtoffers van een aanslag. Op het eerste niveau gaat het om hulpverleners die onmiddellijk ter plaatse komen na een aanslag en dus in volle crisissituatie in contact komen met de slachtoffers. Dat zijn de eerstelijnshulpverleners. Op het tweede niveau vinden we de tweedelijnshulpverleners, die wat later in actie komen voor de slachtoffers en hun omgeving. We denken dan aan politiebeambten, onderzoekers, advocaten en magistraten, psychotherapeuten, psychologen en psychiaters … die hun werk verrichten in een instelling, dienst of in hun eigen praktijk.
NIEUWS
Direct na een terroristische aanslag is de bevolking uiteraard in shock. Iedereen werd overvallen door de plotse moorddadige wreedheden, veel mensen zijn bang en vol afschuw en onbegrip over wat er is gebeurd. In dit artikel gaan we wat dieper in op wat er gebeurt met mensen, met een samenleving, vlak na een aanslag en in de weken die volgen. Vervolgens nemen we enkele concrete tips uit diverse bronnen even onder de loep.
In openbare parkings en fietsenstallingen kan er heel wat kleine criminaliteit plaatsvinden (vandalisme, diefstal) en zelfs agressie naargelang de plaats en het moment (waar we het verder niet over zullen hebben in dit artikel). Het is dus noodzakelijk om een efficiënt parkingbeleid te voeren met het oog op de veiligheid van personeel én bezoekers.
In november 2015 heeft het Europese parlement een rapport uitgebracht over de preventie van radicalisering en rekrutering van Europese burgers door terroristische organisaties. Dit rapport buigt zich met name over een gevoelig thema: de inlichtingen- en informatie-uitwisseling. In dit artikel gaan we in op een aantal instrumenten die in Europa ter beschikking zijn. Daarbij kijken we zowel naar de sterke kanten als naar de verbeterpunten.
In geval van een terroristische aanslag schieten brandweerlui, ordediensten, mobiele urgentiegroepen (MUG) en ambulanciers, sociaal assistenten, psychologen … direct in gang om hulp te bieden aan de slachtoffers en hun naasten. In zo’n situatie worden ze steeds opnieuw geconfronteerd met zeer hevige emoties. De opeenstapeling van zoveel emoties kan op den duur leiden tot een soort professionele burn-out, die we secondaire traumatische stress noemen.
Om criminaliteit in ziekenhuizen of andere openbare gebouwen zo veel mogelijk te voorkomen, zijn twee zaken essentieel: een grondige risicoanalyse en de juiste technopreventieve maatregelen. Deze werkwijze moet uiteindelijk misdaad- en brandpreventie combineren, maar de leefbaarheid binnen het gebouw moet wel centraal blijven staan.
Kinderen kunnen erg in de war raken door een traumatische ervaring. Ze zijn vaak erg bang dat er weer zo’n ramp of drama zal volgen. Hun veilige wereld is plots veranderd in een universum waar overal gevaar loert en iedereen kwetsbaar is. Hoe kunnen ouders, opvoeders en andere geïnteresseerden om zo goed mogelijk om te gaan met de angstgevoelens van kinderen na een traumatische gebeurtenis?